De Vlaamse overheid wil dat het openbaar vervoer in Vlaanderen in de toekomst evolueert van het systeem van basismobiliteit naar een systeem van basisbereikbaarheid.
Het aanbod van De Lijn wordt daarbij opgedeeld in drie lagen. De eerste laag is het ‘kernnet’: de voorstedelijke en interstedelijke verbindingen, die de grootste attractiepolen met elkaar linken. De tweede laag bestaat uit het aanvullende net, dat aantakt op het kernnet en bijvoorbeeld verbindingen maakt met buitenwijken en kleinere kernen. De derde laag bestaat uit vervoer op maat, zeg maar de invulling van de ‘last mile’. Het gaat dan om lokale en private initiatieven die inspelen op een heel particuliere nood (zoals belbussen, de pendeldienst van een bedrijf of het busje van een rusthuis).
Verder is Vlaanderen opgedeeld in vijftien vervoerregio’s. Bedoeling is dat lokale besturen daar samen met onder meer De Lijn en de NMBS beslissen welk aanbod er nodig is per regio. De regioraden zullen zelf de zeggenschap krijgen over het vervoer op maat. Voor het aanvullend net zullen ze het aanbod mee uittekenen en voor het kernnet zullen ze advies verlenen. Daar blijft De Lijn wel bewaken dat de verbindingen de grenzen van de vervoerregio’s overstijgen.
De vervoerregio's geven de kans aan de lokale besturen om samen met De Lijn, AWV, NMBS, de MAV's (mobiliteitscentrale aangepast vervoer) en Infrabel het mobiliteitsbeleid mee in te kleuren. De vervoerregio's zijn vastgelegde groepen van gemeenten die clusters vormen. Een vervoerregio heeft een centrumstad als kern, met daarrond een 'invloedsgebied' van gemeenten. Door de vervoerregio's te betrekken bij het mobiliteitsbeleid, zullen lokale besturen er mee voor kunnen zorgen dat bussen, trams, deelfietsen en ander collectief vervoer slim op elkaar afgestemd kunnen worden, met aandacht voor alle lokale noden. Binnen elke vervoerregio zal de vervoerregioraad een mobiliteitsplan opstellen. Die plannen zullen per regio de optimale samenwerking tussen de verschillende vervoerswijzen zoals trein, tram, bus, taxi en fiets uittekenen. Het mobiliteitsplan tekent ook de mobi-punten uit, waar al die spelers samenkomen.
De vervoerregio Kempen bestaat uit Arendonk, Baarle-Hertog, Balen, Beerse, Dessel, Geel, Grobbendonk, Herentals, Herenthout, Herselt, Hoogstraten, Hulshout, Kasterlee, Laakdal, Lille, Meerhout, Merksplas, Mol, Nijlen, Olen, Oud-Turnhout, Ravels, Retie, Rijkevorsel, Turnhout, Vorselaar, Vosselaar en Westerlo.